Het drukke weekend in de week voor carnaval werd door de Raopers op zondag afgesloten met een receptie bij de Narrekappen in Gerwen. Dit is de enige receptie, buiten Lieshout, waar de jeugd en de volwassenen samen tegelijkertijd heen gaan. 

Als de jeugdraad, met Prins Teun, Prinses Nova, Adjudant Siem, Hofdame Lloys en Hofnar Saya voorop, binnentrekt doen ze dat niet alleen. Ze hebben zoals gebruikelijk de gehele jeugdraad en de gele dansgarde bij zich. Daarnaast zijn ook Prins Niek d’n Urste, Adjudant Melissa, de raad, de blauwe dansgarde, het gekleed gevolg en enkele gardisten van de partij. Het gehele gezelschap bestaat uit een kleine 100 man waarmee de zaal direct goed gevuld is. De Vorst, Maurice Vereijken, heeft zijn handen vol heeft aan het voorstellen van het gehele gezelschap.

Prins Teun neemt hierna als eerste het woord en richt zich tot jeugdprins Le Grande en zijn gevolg. Hierna laat de gele dansgarde hun gardedans zien waarna het de beurt is aan de jeugdhoogheden en hun gevolg om de jeugddans te laten zien aan de hoogheden van de Narrekappen.

Nadat de jeugd hun stuk heeft afgerond neemt Prins Niek het woord. Dat er een speciale band is tussen de Raopers en de Narrekappen wordt al snel duidelijk. Een groot deel van de vriendenclub van Adjudant Melissa zit in de raad of is lid van de Narrekappen. Er is zelfs een Raoper, tevens bevriend met onze hoogheden, die in de raad bij Gerwen zit en die wordt verrast met een rood en blauw jasje de kleuren van de Narrekappen en de Raopers. Hierna mag Prinses Escuro laten zien dat ze de maat kan slaan en laat de blauwe dansgarde hun gardedans zien. Hiermee komt het binnentrekken van de Raopers tot een einde.

Eenmaal aanwezig in de zaal gaat het feest gewoon verder. Deze middag receptie gaat zelfs door tot in de vroege avond. De Raopers danken de Narrekappen voor de uitnodiging en de gezellige middag en gaan zich nu opmaken voor de carnavalsdagen